vrijdag 26 november 2010

Troje

De Ilias verteld over de Grieken en Trojanen die met elkaar in gevecht zijn. De voorgeschiedenis wordt niet in het boek zelf verteld. In een voorstukje wordt kort gezegd wat er aan het boek vooraf is gegaan. De oorlog is namelijk ontstaan doordat de Trojaanse prins Paris de vrouw van de Griekse Menelaüs had meegenomen. Menelaüs vraagt zijn broer Agamemnon te hulp en met een ontzettend leger gaan ze op de stad Troje af. Hier begint een beleg dat tien jaar duurt. Het boek de Ilias begint ergens in het tiende jaar.

De hoofdlijn in dit verhaal is, dat koning Agamemnon de fout maakt zijn beste krijger, Achilles, te beledigen. Achilles is zo woedend dat hij in het tiende jaar zegt niet meer mee te vechten. Maar zonder Achilles zijn de Grieken tot de ondergang gedoemd. Achilles is de grootste krijger en geeft moed aan de Grieken.
De oorlog gaat ondertussen verder. Aan beide zijden vallen veel doden. Er vallen ook helden en andere helden raken gewond. De grootste held van de Trojanen is prins Hector. Dat is hun beste krijger. Prins Paris is ronduit een mietje en wil zich alleen maar goed voordoen.
Maar de Grieken en Trojanen zijn niet de enigen in dit boek die strijden. De goden strijden namelijk mee. Er zijn veel verschillende goden en de machtigste is Zeus. Hij heeft de leiding. Aan het begin kiezen veel goden partij en mengen zich in de strijd. Ze laten pijlen precies op de goede plek komen of buigen de pijlen juist af. Ze moedigen strijders aan, geven aanwijzingen en strijden tegen elkaar. Zo gebeurt er heel veel waar de mensen niets aan kunnen doen, maar wat alleen door de goden komt. De goden laten ook goede of slechte tekenen zien. Goden verwonden andere goden, maar omdat goden onsterfelijk zijn, geneest de wond altijd. Op een gegeven moment is Zeus het helemaal zat dat alle goden zich bemoeien met de strijd beneden. Hij verbied de goden om zich ermee te bemoeien. Zeus heeft zelf de kant van de Grieken gekozen, maar heeft de moeder van Achilles, een godin, beloofd te zorgen dat haar zoon weer in de strijd meedoet. Om koning Agamemnon zover te krijgen dat hij Achilles om vergeving vraagt, moet hij eerst zorgen dat de Grieken bijna verliezen. Dan zal Achilles meedoen en zullen ze winnen. Maar de meeste goden zijn het er niet mee eens en willend de Grieken helpen. Maar Zeus is het machtigste en het lukt hen niet.
Het is Zeus gelukt om de Grieken in een benarde situatie te brengen en Agamemnon wil vrede met Achilles. Maar Achilles wil geen geschenken en werkt niet mee. Dan gaat zijn beste vriend Patroclus de strijd in en sneuvelt.
Nu kan Achilles zich niet meer afzijdig houden. Als wraak gaat hij meevechten en doodt hij Hector, die de wapenrusting die Patroclus aan had, heeft aangetrokken. Zonder medelijden bindt Achilles het lijk van Hector achter zijn wagen en sleept hem zo mee naar zijn tent.
De vader van Hector, koning Priamus, kan dit niet aanzien en gaat met behulp van de goden naar het Griekse kamp om het lichaam van zijn zoon terug te vragen. Achilles krijgt medelijden met hem en geeft toe. Ook komen er elf dagen rust. Na het verbranden van de dode held, gaat de strijd door. Het einde wordt niet verteld in dit boek. Ook niets over het paard van Troje. Het einde is dat Paris een pijl naar Achilles schiet en dat de god Apollo de pijl in zijn hiel laat komen. Hierdoor sterft Achilles.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten